Titel Afbeelding

Mooite in rugzak-ravages.

Mooite in rugzak-ravages.

Samen met twaalf fantastische onderwijs pedagogen van over heel de wereld zit ik aan tafel in Dornach (Zwitserland). Het is de derde dag in onze internationale studieweek en de najaarszon schijnt uitbundig door het raam. Ik steek mijn hand in mijn rugzak om mijn boeken te pakken en voel een plakkerige substantie. In een reflex trek ik mijn arm terug en voel dat mijn hart sneller gaat slaan. Ik kijk om mij heen of iemand mijn reactie heeft waargenomen en probeer met mijn vingers de ravage in kaart te brengen en tegelijk zo weinig mogelijk te bewegen om de aandacht niet op mij te richten. 

Ik voel geplette bessen tussen mijn net nieuwe Moleskine. Mijn boek met linnen omslag en geesteswetenschappelijke inhoud haal ik bedekt met blauwe schilletjes naar boven. Ik zie ogen mijn kant op gaan, mijn wangen kleuren rood en omdat ik het Duitse woord voor blauwe bes in mijn schaamtegolf niet kan vinden, stamel ik ter verklaring “blue berries”. Daarmee ben ik officieel klungelsmurf. 

Niet alleen de ongemakkelijkheid van het moment overvalt me maar ook de ongelooflijke smerigheid op mijn boeken, tussen de bladzijden en in mijn rugzak: stukjes bes, paarse prut, blauwe vlekken, verfrommelde lintjes, ik kan wel huilen. Ik verzet me innerlijk tegen deze sociale en fysieke puinhoop, ik-wil-dit-niet!

Marcel zit naast me, kijkt de hele situatie een tijdje aan en zegt dan: “je boek is nu een unicum!” Ik voel dat zijn insteek me verrast en even houd ik mijn adem in. Daarna denk ik bozig: “Ja, dat weet ik wel zeker, anderen kunnen natuurlijk wél hun boeken netjes houden!” Maar dan ineens hoor ik, in de stilte die volgt, de naklank van zijn woorden; liefdevol en zonnig. De verrassing heeft effect; in plaats van te zwelgen in zelfmedelijden en verzet kom ik in een overgave van wat ís. Geplette bessen, onze studieruimte, mijn gène en gekleurde boeken die zojuist enig in hun soort geworden zijn. Ineens moet ik er eigenlijk ook wel om lachen en met papieren zakdoekjes veeg ik zo goed en zo kwaad als het gaat de boel droog. Aan tafel beginnen mensen anekdotes te delen over eigen ervaringen met “rugzak-ravages”: limonadefles met scheef opgedraaide dop, gescheurd dadelzakje, aangebroken chocoladereep op een warme zomerdag, opengesprongen avocado. Er wordt hartelijk gelachen om deze grappige vertelsels en iedereen blijkt een unicum in zijn of haar bezit te hebben! 

We kennen allemaal momenten waarop de realiteit anders is dan waar we op hadden gehoopt. Situaties die we ons gewoon mooier en beter hadden voorgesteld dan hoe ze in de zichtbare realiteit verschijnen. Dat levert een gevoel van stress, schaamte, schaarste, angst of ander ongemak op. Duidelijk is daarmee dat er spanning ontstaat. Verzet tegen de situatie is een ontkenning van wat is. Gek toch? Dat we eigenlijk tegen het universum zeggen: “nee, dit wil ik niet. Iets beters graag!” Dat we de realiteit waarin we zijn, ontkennen. Doen alsof de spanning niet bestaat, heft je ongemak voor even op en kan kortdurend wat lucht geven maar is eigenlijk het uit de weg gaan van groei.

Geloof me, ik ben lang kampioen ontkennen geweest. Ik heb op de meest fantastische manieren mijn verzet vorm gegeven. Maar heb afgelopen jaren steeds beter geleerd hoe ik in liefde voor mijzelf en anderen deze spanning om kan zetten tot brandstof voor groei. Het is eenvoudig: de weg erin is de weg eruit.

En precies de eenvoud maakt het zo moeilijk want dat begint met erkennen van wat is en daar waren we ons nu net tegen aan het verzetten. Een omkering dus van een gerichtheid op de situatie naar een gerichtheid op mijn innerlijke ruimte. Verwijlen in het nu met alles wat daarin is. Accepteren dat de situatie is zoals die is. Angsten, onzekerheden en ongemak toelaten. Om vervolgens in zachtheid en vriendelijkheid voor jezelf te voelen wat je gaat helpen om je weg eruit te gaan. Daar hulp bij vragen, is wat ik iedere dag oefen. Maar weet je? Ik ervaar steeds weer dat juist deze momenten ons sterk verbinden, gewoon omdat ze over onze menselijkheid gaan.

Mijn Moleskine en boek waren me al dierbaar vanwege de inhoud.  Maar zijn me nu nog dierbaarder om het verhaal dat achter de blauw-paarse plekken schuil gaat en de mensen die daaraan verbonden zijn. 

Geen reactie's

Plaats een reactie